Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Abigail nu haastte, en maakte zich op, en zij reed op een ezel, met haar vijf jonge maagden, [73]die haar voetstappen nawandelden; zij dan volgde de boden van David na, en zij werd hem ter huisvrouw. 73. Anders, die haar op den voet volgden.